Basistraining

Al bijna 2000 pedagogisch medewerkers volgden deze training.

Een pedagogisch medewerker is enorm belangrijk in het leven van een kind. Een kind dat goed gedijt, nabijheid en oprechte interesse ervaart, heeft daar in de rest van zijn of haar leven profijt van. Niet alleen in zijn ontwikkeling, maar ook als persoon. Met de basistraining verdiepen pedagogisch medewerkers met behulp van video-interactiebegeleiding hun deskundigheid en ervaring in het omgaan en spelen met de kinderen.

In de training wordt met behulp van communicatietechniek en pedagogische thema’s geleerd hoe de pedagogisch medewerker kan reflecteren op het eigen handelen en zijn/haar communicatie met kinderen. Hierbij is de video-interactiebegeleiding een onmisbaar hulpmiddel.

De training voor pedagogisch medewerkers wordt op dit moment niet aangeboden. Voor ( in deze vib methode) gecertificeerde pedagogisch coaches is er de mogelijkheid om opgeleid te worden voor de eigen organisatie als trainer. Voorwaarde is dat het vib coachingscertificaat na 2017 behaald is en vib coaching wordt toegepast in de organisatie. Neem contact op.

Er zijn drie varianten van de training, gericht op de verschillende leeftijdsgroepen van kinderen:

  • training voor pedagogisch medewerkers die werken met 0-4 jarigen
  • training voor pedagogisch medewerkers die werken met schoolkinderen in de BSO (4-12 jaar)
  • training voor pedagogisch medewerkers op de babygroep

Wat leert een pedagogisch medewerker in de training?

De basis voor de 3 varianten van de training is gelijk. Afhankelijk van de leeftijd van de kinderen waar de pedagogisch medewerker mee werkt, worden daar nog aparte leerdoelen aan toegevoegd.
In de basis leren pedagogisch medewerkers in de training:

  • met behulp van video-interactiebegeleiding reflecteren en leren van je eigen interactie met de kinderen;
  • het inzetten van de techniek van de communicatiecirkel;
  • sensitieve responsiviteit: op welke momenten je in staat bent om de kinderen echt te laten voelen en ervaren dat jij ze ziet doordat je afstemming precies is wat dit kind, en de kinderen op de groep, nodig hebben;
  • hoe je spelbetrokkenheid herkent en wat je dan doet om die nog beter te maken door je interactie naar de kinderen;
  • hoe je kinderen attent maakt op elkaars gevoelens en ervaringen, zodat ze echt samen op de groep zijn;
  • hoe je ervoor zorgt dat elk kind echt gekend en gezien wordt door jou, hoe je daar verdieping in aanbrengt.